Mengsel van vijf gemalen specerijen: anijszaad, venkel, kruidnagel, kaneel en szechwanpeper. (ying-wo). Doorzichtige geleiachtige massa waarmee de salangaan (een Aziatische klipzwaluw) zijn nest afwerkt.
Oosterse keuken
De Oosterse keuken is zéér gevarieerd en verdeeld naar geografische ligging en klimaat. Ook cultuur en religie bepalen mede de samenstelling van de voeding in Verre Oosten. Als basisingrediënten gebruikt de Oosterse keuken vis, schaal- en schelpdieren, gevogelte, vlees en wild, waarvan alle delen gebruikt en verwerkt worden. Verder vormen groenten een groot deel van de maaltijd, aangevuld en op smaak gebracht met een keur aan verse kruiden en al dan niet gemengde specerijen. Deze hebben niet alleen een smaakfunctie maar ook een conserverende werking. De benodigde eiwitten in de voeding zijn afkomstig uit het assortiment vis , schaal- en schelpdieren, gevogelte, vlees en wild en eieren; de koolhydraten voornamelijk uit graanproducten, waaronder vooral rijst.
VINDALOO
Vlees gemarineerd in azijn en kruiden.
VIS
Na rijst het belangrijkste voedsel in Thailand. Men eet zowel zoet- als zoutwatervis.
VIS, INGELEGDE
Sterk ruikend en smakend ingrediënt, door de Thai het liefst gebakken en met rijst gegeten.
VIS, KROKANTE
Visfilets of hele vis die (soms licht gemarineerd) in hete olie wordt drooggebakken.
VISBUIKJES, GEDROOGDE
Taaie lekkernij die verkocht wordt in straatkraampjes.
VISSAUS
Nam pla. Gemaakt van gefermenteerde visjes of garnalen. Is onmisbaar in de Thaise keuken en wordt gebruikt i.p.v. zout.
VIT
Eend.
WADJANG
Wok.
WAJIK
Zeer zoete kleefrijstkoek.
WAKAME
Lange, krullende zeewiersoort.
WAKEGI
Lente- of bosuitjes.