Vorm gevuld met drie soorten bavarois in lagen opgebouwd (bv. met vanille, aardbeien en chocolade of vanille, mokka en chocolade.)
Klassieke nagerechten en ijsgerechten
Vooral onder Franse en Italiaanse invloed is de klassieke keuken zeer rijk aan ijs- en nagerechten. De meeste zijn nogal bewerkelijk en proberen, behalve de smaakpapillen, ook het oog te strelen. In een tijd van voorgefabriceerde desserts en ijscompositie.
BÉBÉS (bébés).
Galettes bereid van fijngemalen amandelen en hazelnoten, suiker, eiwitten en bloem. Per twee koekjes na het bakken met hazelnootpasta tegen elkaar gezet en gegarneerd met een cornetje couverture.
BEIGNETS (beignets).
Luchtig gebak waarbij in beslag of deeg vruchten zijn verwerkt; gebakken in vet of olie.
BEIGNETS À LA BOURGEOISE (beignets à la bourgeoise).
Ronde plak brioche gedoopt in dunne room met suiker (of andere smaak). Door beslag gehaald, gefrituurd en met poedersuiker bestrooid. Geserveerd met een crème à l’anglaise.
BEIGNETS DE CRÈME FINE (crème renversée).
Een compositie van melk, getrokken met een doormidden gesneden vanillestokje , eieren en eidooiers. Au bain marie gegaard, afgekoeld, in porties verdeeld, door beslag gehaald en gefrituurd. Geserveerd op een servet en bestoven met poedersuiker
BEIGNETS DE CRÈME, CRÈME FRITE (gebakken crème).
Compositie van bloem, poedersuiker, zout, eidooiers, hele eieren en melk, getrokken met citroenschil, sinaasappelschil, vanille of noten en boter. Na koken op een beboterde bakplaat gestort in een dikte van ca. 2 cm. Na koeling uitgestoken (rond of ovaal), door beslag gehaald en afgebakken in olie. Bestrooid met poedersuiker.
BEIGNETS DE FRAISES (aardbeienbeignets).
Voor de beignets de Frasies die men een stevige aardbeien (met kroontje) besprenkeld met Kirschwasser, gedrenkt in banketbakkersroom met een door midden gesneden vanillestokje. Door beslag gehaald en gefrituurd, bestoven met poedersuiker. Variaties (sappig fruit): bramen, kersen, sinaasappel. Op deze link vindt u nog meer dan 300 klassiek dessert en ijs gerechten. Hierbij […]
BEIGNETS DE SUREAU (vlierbloesembeignets).
De schermvormige bloesems van de vlier besprenkeld met Cognac Fine Champagne, bes trooid met poedersuiker, door beslag gehaald en in hete frituur gebakken. Uitgelekt, met poedersuiker bestrooid, geserveerd op een servet. Variaties (bloemen): courgettebloem, acacia, mannelijke bloem van de watermeloen.
BEIGNETS D’ABRICOTS (abrikozenbeignets).
Halve verse abrikozen bestrooid met suiker en gedrenkt in cognac, Kirschwasser of rum. Gedoopt in beslag en in hete frituur gebakken. Gerangschikt op b akplaat, bestrooid met fijne suiker en geglaceerd onder de s alamander. Variaties (stevig fruit): appels, peren, ananas, bananen, perziken.
BEIGNETS SOUFFLÉS ORDINAIRES (soufflés beignets gewoon).
Soezenbeslag, op beboterd papier gespoten en in matig hete frituur krokant gebakken. Geserveerd op servet en met poedersuiker bestoven..
BEIGNETS SOUFFLÉS SURPRISE (beignets soufflés met een verassing).
> Beignets soufflés ordinaires. Verschil: gevuld met een salpicon van gebonden vruchten, confiture, marmelade of banketbakkersroom. Gevuld met slagroom en met poedersuiker bestoven. Ook wel sneeuwbal genoemd (boule de neige).
BEIGNETS VIENNOIS CHAUDS (warme Weense bollen).
Gefrituurd gistdeeg met bolletjes confiture, marmelade of ingekookte compote. Op servet opgediend en met poedersuiker bestoven. Geserveerd met een vanillesaus of een sabayon met halfgeslagen room.