Ronde, appel- of peervormige steenvrucht, ongeveer 2,5 cm in doorsnee en geelgroen van kleur, met een helderrode blos die bij rijping in omvang toeneemt. Peerlijsterbessen zijn al heel lang in cultuur en groeien net als lijsterbessen in trossen. In het vruchtvlees zit een langwerpige steen die moeilijk loslaat. Oorsprong: Zuid-Europa.
Fruit
Nog steeds ‘verdwijnen’ er bepaalde fruitsoorten en komen er nieuwe rassen of kruisingsproducten bij. De zogenoemde veredeling, eigenlijk een manipulatie van de natuur, werd al vóór onze jaartelling toegepast. De huidige wetenschap kan zorgen voor een nog hogere opbrengst, een nog grotere resistentie tegen ziekten en een nog gemakkelijker oogstbaarheid. De kunst is om dit niet gepaard te laten gaan met een minder fraai uiterlijk, minder smaak en een korte houdbaarheid. Andere vervoersmogelijkheden en verbeterde koeltechnieken zorgen ervoor dat bepaalde vruchten het gehele jaar door verkrijgbaar zijn, ook buiten het natuurlijke oogstseizoen. Soms wordt de bloei- en vruchtvorming kunstmatig uitgesteld, een van de redenen waarom ook de aardbei tegenwoordig in elk seizoen verkrijgbaar is. Hieronder volgt een lange lijst eetbare vruchten, gewone en exotische.
PEPINO, APPELMELOEN, MELOENPEER (Solanum muricatum).
Tot 20 cm lange, vaak peervormig toelopende vrucht met een dunne schil die bij rijping verkleurt van vuilwit tot heldergeel met paarse strepen. Het vruchtvlees is geelwit of crèmekleurig, bevat lang niet altijd zaden en is sappig en zoet. De smaak doet in de verte denken aan die van peer, perzik of meloen. Oorsprong: Peru […]
PERSIMOEN
> Kaki.
PERZIK
> Nectarine.
PERZIK (Prunus persica).
Ronde, soms enigszins ovale steenvruchten, tot ca. 12 cm in doorsnee en met een dunne, lichtbehaarde en daardoor doffe schil. Het vruchtvlees is, afhankelijk van het ras, oranjegeel of wit, bij rijpheid zeer sappig en aromatisch; de witvlezige rassen zijn soms iets aromatischer dan de geelvlezige. Rondom de grote, geribbelde steen is het vruchtvlees soms […]
PITAHAYA, PITAYA (Hylocereus undatus).
Voor de twee verschillende vormen van pitahaya (ovaal en rond) wordt dezelfde naam gebruikt. De vruchten groeien aan lange (wel 6 m), driekantige stengels die worden opgebonden en ondersteund om afbreken te voorkomen. De geel-achtige, langwerpig-ovale variëteit heeft wit vruchtvlees met kleine donkere pitjes, is zeer zoet en smakelijk. De paarsrode, ronde soort heeft het uiterlijk […]
PITANGA, CAYENNEKERS, SURINAAMSE KERS (Eugenia uniflora).
Hoge, achthoekige geribde vruchten, 3 tot 5 cm lang en in kleur variërend van helrood tot diepzwart. De variëteiten met de donkerste schil zijn het zuurst. Die schil is dun en omsluit zacht en sappig vruchtvlees en één ronde of twee platte, halfronde pitten. Oorsprong: Brazilië.
POMELO (Citrus cv.).
De pomelo is een cultivar die in Israël is gekweekt uit een hybride met onbekende achtergrond (waarschijnlijk pompelmoes). De vrucht is kleiner dan de pompelmoes (maar groter dan de grapefruit) en heeft een tamelijk gladde, witgele schil die stevig om het lichtgele vruchtvlees zit. Het smakelijke, kruidige sap zit opgesloten in de sapzakjes. ‘Goliath’ heeft geelkleurig […]
POMERANS
> Bittersinaasappel
POMPELMOES (Citrus maxima, syn. C. aurantium var. grandis).
Grote ronde of peervormige vruchten die een gewicht kunnen bereiken van 5 kg. De gele of enigszins roze getinte schil zit los om het vruchtvlees en is vrij dik. Het vruchtvlees is groengeel of rood van kleur en bevat een aantal grote geelwitte pitten. De smaak is kruidig-zoet. Oorsprong: Azië.
PRUIM
> Kwets; mombinp.
PRUIM (Prunus domestica).
Ronde of langwerpige steenvruchten van nogal uiteenlopende afmetingen (tot ca. 10 cm) en in kleur variërend van groengeel tot diepblauw of donkerpaars. De harde pit (de steen) ligt onder een doorgaans dunne schil gevat in zoet en dikwijls ook aromatisch, zacht vruchtvlees. Bij sommige rassen is de pit gemak Pitahayakelijker van het vruchtvlees los te maken […]