1. Bovengistend. Witbier: Het Duitse Weizenbier, Trappistenbier en het Engelse stout bevatten veel koolzuur. Tappen in een breed glas. Schenk Duits Altbier echter in hoge, smalle glazen. In flessen heeft bovengistend bier soms een gistd epot op de bodem. De flessen rustig behandelen en langzaam uitschenken in een schuin gehouden glas. Donker bier: Niet te sterk koelen; serveren op ongeveer 12°C. Sommige Engelse bieren zijn zelfs het lekkerst bij 18°C. Flessenbier: Van enige hoogte een klein beetje bier in het glas gieten om schuim te vormen. Daarna het glas langs de binnenkant opvullen zonder veel schuim te maken.
2. Ondergistend. Tappen als pilsener en met een temperatuur tussen 6 en 8°C. Niet te smalle glazen kiezen. Sommige Duitse bieren veroorzaken veel schuim. Oudbruin wordt gekoeld tot 10°C. 3. Spontaangistend. Bieren als Geuze Lambic en kriek hebben een hoog koolzuurgehalte. In een zo wijd mogelijk glas schenken. Hun ideale temperatuur is tussen 10 en 12°C.