Eierkoeken zijn luchtige, ronde koeken die gemaakt worden van eieren, zoetstof, bloem, rijsmiddel, citroenrasp en zout. Als extra kunnen toevoegingen worden gebruikt, zoals melk en/of rozijnen. De karakteristieke vorm is vlak van onderen en bol van boven. De kleur is goudgeel en de diameter ligt tussen de 10 en de 20 cm. Bakkerijen voegen tegenwoordig ammoniumcarbonaten als rijsmiddel toe om de eierkoeken luchtiger en voller te maken. Wanneer het baksel te warm wordt ingepakt of net uit de oven komt, is daardoor een ammoniakgeur te ruiken Aan de eierkoeken – bekend als lekkernij rondom de Paasdagen – kende men vroeger bijzondere krachten toe.
Wanneer iemand ziek was werden de lichaamsafscheidingen, als gevolg van die ziekte, in een eierkoek verwerkt. Deze wierp men in het water of gaf het aan de hond te eten om zo de ziekte van zich af te schudden. Soms begroef men deze eierkoeken in de grond als afweermiddel tegen onkruid. Af en toe werden eierkoeken ook gemaakt zonder eieren. In plaats daarvan werd dan saffraan aan het deeg toegevoegd om toch een mooie gele kleur te verkrijgen.
Historisch gezien
De eierkoek is historisch gezien verbonden aan het paasfeest. Volgens het Bijbelse verhaal herrijst Jezus op die dag en breekt er een nieuwe tijd voor het volk aan. Omdat men tijdens Pasen ook de komst van de lente vierden, werd vruchtbaarheid een onderdeel van het paasfeest. Bepaalde symbolen die vruchtbaarheid voorstellen zijn jonge dieren, zoals kuikens, en eieren. Men maakte dan ook ter ere van Pasen veel verschillende gerechten die met deze symbolen te maken hebben. Zo maakte men paasbroden in de vorm van bepaalde dieren, schuimeieren en ook eierkoeken.
Door de jaren heen is de eierkoek stevig ingeburgerd in met name het zuiden van Nederland. Nan Oomen vertelt in haar ‘Aerpel in ‘t Potje’ (1982), dat de eierkoek eertijds een vast onderdeel van de Brabantse koffietafel was. Men at ze met boter besmeerd en met suiker bestrooid. Rijke mensen aten hem zo zelfs als ontbijt. Eierkoeken zijn typisch iets van onze drie zuidelijke provincies. In Zeeland bijvoorbeeld, waar het recept wat eenvoudiger is, vond men het een probaat middel tegen d’n êêt’n oenger (geeuwhonger). Nog steeds worden bakkers die ze goed maken geëerd.
In 2006 is de verkoop van eierkoek in Nederland vertienvoudigd. Oorzaak is ‘dieetgoeroe’ Sonja Bakker, die de koek een ‘verantwoord tussendoortje’ noemt. Veel Nederlanders zien Sonja Bakker als een autoriteit op het gebied van diëten.
De voedingswaarde van een eierkoek (100 gram) bestaat uit (waardes kunnen per merk verschillen):
Energie: 1362 kJ (kcal: 325)
Eiwit: 7,5 gram
Koolhydraten: 65 gram
Vet: 3,5 gram
Water: 21 gram
Zout: 0,1 gram
Foto: https://www.petrasbroodbus.nl