Onmiskenbaar afkomstig uit de zuidelijke Alpen wordt de innem en de grüner veltliner beschouwd als dé druif van Oostenrijk; de verbouw ervan beslaat zo’n 20.000 ha. De soort rijpt laat en heeft een zacht najaar nodig. Een gunstige aanplant en reductie van de oogs t zorgen voor verbazend goede wijnen die niet alleen stijl en klasse hebben maar ook goed kunnen rijpen. Synoniemen zijn weissgipfler, in Hongarije zölt veltlini en in Slowakije veltlin zelene. Wijnstijl: De grüner veltliner staat garant voor veelzijdige en rijke wijnen met peperige en kruidige smaakaccenten en bovendien de geur- en smaaktonen van groene appel, citroen en vooral paprika. Eenmaal gerijpt ontwikkelen zich bovendien een spoortje amandel en een handvol minerale tonen. Sommige wijnen zijn hoogzurig, wat niet bij iedereen in de smaak valt. Oostenrijk ers drinken overwegend droge wijnen, reden waarom het sap van de grüner veltliner gewoonlijk droog wordt gevinifieerd. Desondanks kenmerken de wijnen zich door sappigheid, elegance en prettige aromatische trekjes.