Geen enkele keuken is de voorbije decennia wereldwijd zo populair geworden als de Italiaanse. Vooral de eenvoud van de bereidingen, de enorme verscheidenheid aan regionale gerechten en de smaakvolle resultaten dragen bij tot dat succes. Italië is nog maar sinds de tweede helft van de 19de eeuw een staatkundige eenheid. Daarvoor waren er zelfstandige steden die elkaar meestal vijandig gezind waren en onderling weinig contact onderhielden. Elke stad had haar culinaire specialiteiten en gewoonten.
Daarom zijn er in Italië ook zoveel verschillende regionale keukens. De Italiaanse keuken is bovenal gebaseerd op verse ingrediënten. Basisingrediënten zijn deegwaren, tomaten, olijfolie, basilicum en olijven, aangevuld met typische producten van de streek.
Menu opbouw
Een Italiaanse maaltijd begint meestal met een antipasti, lichte voorgerechtjes die enorm kunnen verschillen van streek tot streek. Een antipasti kan bestaan uit schijfjes salami, rauwe ham, gegrilde aubergines en paprika’s, bruschetta (geroosterd brood, in de meest eenvoudige vorm belegd met stukjes tomaat en basilicum) of crostini (geroosterd brood, dik belegd met onder meer olijven pasta, leverpastei of kippenlevertjes), gemarineerde paddestoelen, carpaccio, zongedroogde tomaten, gemengde schaal- en schelpdieren. Dan volgt il primo, de eerste gang.
Deze kan bestaan uit een pastabereiding, rijstgerechten zoals risotto, gnocchi gemaakt van bloem en aardappelen, soep zoals de befaamde minestrone, polenta gemaakt van maïsdeeg, diverse slatjes en gefrituurde of gebakken gerechtjes zoals met inktvis gevulde aubergines, courgettes of paprika’s en pizza. Versgebakken brood in allerlei vormen ontbreekt nooit bij deze eerste gang.
De secondo, de tweede gang, kan bestaan uit vlees, vis of gevogelte. Vlees wordt meestal gebakken of gegrild met verse kruiden en geserveerd met groenten. Ook vis wordt overwegend geroosterd en gebakken en gecombineerd. Bij gestoofde vis worden bereide groenten geserveerd met een salade. Aan het einde van de maaltijd kan een stukje kaas komen. Meestal is dat een stukje zachte kaas zoals een bel paese, een blauwgeaderde gorgonzola, een fontina, soms mozzarella of jonge parmezaanse kaas. De maaltijd wordt afgesloten met een eenvoudig nagerecht, meestal een stuk fruit of een vruchtensalade, roomijs of sorbet.