(Gul = jonge vis). Maximale lengte 1,9 m, meestal 50-80 cm. Rug en flanken variabel van kleur, meestal groenbruin met vlekken; buik wit. Opvallende witte zijlijn, die gebogen is boven de borstvinnen. Drie rug- en twee anaalvinnen. Kindraad. Leeft in scholen, meestal nabij de bodem. Een trekkende vis die grote afstanden kan afleggen. Beroemd is de trek vanuit de noordelijke poolzeeën naar de Lofoten (Noorwegen) om daar te paaien. Het tijdstip waarop de grote scholen naar de kust trekken is bekend en de vissers liggen dan al klaar. Kabeljauw in de Atlantische Oceaan kan 25 jaar oud worden.
Voorkomen/vangst: Noordelijke Atlantische Oceaan, van de Golf van Biskaje tot Groenland, Spitsbergen en Nova Zembla. Een ondervorm komt voor in de Oostzee, G.m. callarias; in de noordelijke Pacific leeft G.m. macrocephalus. De soort komt ook voor in de Noordzee en is economisch gezien een belangrijke soort. Zowel door beroepsvissers als door sportvissers wordt er veel op gevist. De beste kabeljauw koop je van juni tot en met december. De minimumlengte bij de vishandel is 35 cm. Kleine kabeljauw wordt soms in zijn geheel verkocht, meestal koop je ze als visfilets of in vismoten.
Op deze link heeft u een aantal klassieke gerechten met kabeljauw.