In Overijssel worden de kniepertjes op oudejaarsdag traditioneel plat gegeten en op nieuwjaarsdag als een rolletje. Dit heeft symbolische betekenis. Het platte kniepertje staat voor het jaar dat zich al helemaal heeft ontvouwen, het opgerolde koekje (eventueel gevuld met slagroom) is het nieuwe jaar dat zich nog moet uitrollen. De versnapering dankt zijn naam aan het dichtknijpen van het bakijzer.
Bij dit oude baksel gaat het meer om de sfeer die het maken ervan oproept, dan om een bijzondere smaak. Kniepertjes worden rond de jaarwisseling gebakken en gegeten, maar tegenwoordig liggen ze ruim voor kerst al in de winkels. Als versnapering op een winterwandeling of midwinterhoorn-blaaspartij en natuurlijk op plaatsen waar oude ambachten worden gedemonstreerd.
Kniepertjes zijn geen echte lokale specialiteit. Ze komen her en der in Nederland voor. In de Achterhoek bijvoorbeeld is het bakken ervan al een eeuwenoude traditie: vroeger gebeurde dat bakken in een speciaal ijzer boven het smeulend vuur. De bereidingswijze was haast gelijk aan het maken van wafels. Tegenwoordig worden vaak elektrische wafelijzers gebruikt waarmee het eigenlijk niet kan mislukken. Het recept is niet ingewikkeld en de ingrediënten makkelijk verkrijgbaar.
Hieronder een recept voor kniepertjes:
Ingredienten: 250 g bloem, 200 g witte basterdsuiker, 125 g boter, 1 ei, losgeklopt, 1/2 tl kaneel, 1 zakje vanillesuiker extra boter om de bakijzers in te vetten. Eventueel: slagroom, cognac of andere eau-de-vie.
Bereidingswijze: Los de suiker in 1,5 dl water op. Laat de boter smelten in de vloeistof. Zeef de bloem en roer er het ei met de kaneel door. Voeg het suikerwatermengsel geleidelijk toe, zodat een mooi glad deeg ontstaat. Laat een nacht afgedekt rusten.
Verhit een rond, plat wafelijzer of bakplaat flink en vet het in. Leg een bolletje deeg ter grootte van een stuiter in het midden van het ijzer, knijp het ijzer dicht en bak aan beide kanten in 1 tot 2 minuten op halfhoog vuur gaar. Leg het net gebakken kniepertje weg om af te koelen of wikkel het nog zachte kniepertje rond bijvoorbeeld de steel van een houten pollepel om rolletjes te maken. Laat afkoelen. Spuit ze eventueel op het allerlaatst vol met slagroom. Liggen ze te lang gevuld, dan wordt het deeg slap en het geheel papperig.