Een volwassen patrijs is ongeveer 30 centimeter groot. De poten zijn grijs, de kop is kastanjebruin, evenals de keel. Mannetjes hebben bovendien een kastanjebruine buikvlek in de vorm van een hoefijzer. De vrouwtjes hebben een kleinere vlek, de jongen hebben geen vlek. Verder heeft het vrouwtje dwarsbanden op de vleugeldekveren (in tegenstelling tot bij de gewone fazant).
De broedduur van de Hongaarse of grijze patrijs bedraagt 26 dagen (fazant 24 dagen). Omdat patrijzen gevoelig zijn voor infecties is deze soort zeer moeilijk te kweken in gevangenschap. Patrijzen zijn standvogels die zich snorrend over korte afstanden verplaatsen. Ze kunnen slechts 500 tot 1000 meter per keer vliegen. Ook zijn de dieren, in tegenstelling tot kwartels, fazanten en kippen, monogaam.
Jonge patrijzen worden, net zoals kwartel, omwikkeld met druivenbladeren en vet en gebraden. Oude patrijzen worden gestoofd met stukjes spek en zijn uitstekend in een pot-au-feu. De jacht op patrijzen is streng gereglementeerd (België, Nederland gesloten) en duurt slechts anderhalve maand, van 15 oktober tot 30 november. Kijk hier voor de laatste update van het jachtseizoen in diverse landen.
Op deze link vindt u een aantal klassieke gerechten met Patrijs.