Ronde of langwerpige steenvruchten van nogal uiteenlopende afmetingen (tot ca. 10 cm) en in kleur variërend van groengeel tot diepblauw of donkerpaars. De harde pit (de steen) ligt onder een doorgaans dunne schil gevat in zoet en dikwijls ook aromatisch, zacht vruchtvlees. Bij sommige rassen is de pit gemak Pitahayakelijker van het vruchtvlees los te maken dan bij andere, ook bij volledige rijpheid. Oorsprong: West-Azië, Japan en China (P. salicina). Rassen: Anna Späth, Beauty, Bleue de Belgique, Burbank, Czar, Gaviota, Golden Japan, Harry Pickstone, June Blood, Kelsey, Monsieur Hâtif, Ontario, Opal, Redgold, Reine-Claude d’Althan, Reine-Claude d’Oullins, ReineClaude Verte, Reine Victoria, Santa Rosa, Songold.