Maximale lengte 24 cm, meestal 12-15 cm. Zilvergrijs of geelachtig; een bijna complete zwarte ring rond de staartwortel; gele buikvinnen andere vinnen licht van kleur; zwarte vlek bij de aanhechting van de borstvinnen. Komt voor in velden zeegras en op zandbodems op een diepte tot 90 m. Leeft in groepjes. Voedt zich met wormen, garnaalachtigen, krabbetjes en zeeëgels. Voorkomen/vangst: Atlantische kusten van Frankrijk, Portugal en Spanje; Middellandse en Zwarte Zee. In de Noordwestafrikaanse wateren
komt een verwante soort voor.
