Maximale lengte 20 cm. Overwegend rozerood van kleur. De carapax heeft talrijke opvallende dwarsgroeven. Het rostrum is lang en naaldvormig, aan weerszijden geflankeerd door een scherpe stekel. Opvallend lange en slanke scharen, minstens tweemaal zo lang als het dier zelf, met rechte geledingen. De laatste pereopoden zijn sterk gereduceerd. Het abdomen is breed en gedrongen. Leeft op zand-, grind- en rotsbodems, van zeer ondiepe kustwateren tot een diepte van meer dan 1250 m. Voorkomen/vangst: Oostelijk Atlantische Oceaan, van Noorwegen en de Shetland Eilanden tot Madeira en Mauritanië; westelijke Middellandse Zee, tot de Adriatische Zee.
Home » Artikelen » Productinformatie » Schaal en Schelpdieren » Schaal en Schelpdieren soorten » KRAB, DIEPWATER-SPRING- (Munida rugosa, syn. M bamffia).