Maximale lengte 1,1 m, meestal 50-75 cm. Rug donker groenbruin, zilverwitte flanken, witte buik. Grote ovale zwarte plek op flanken onder de eerste rugvin (‘de vingerafdruk van de Heilige Petrus’; zie ook zonnevis). Zwarte zijlijn. Drie rugvinnen en twee anaalvinnen. Korte kindraad. Komt voor nabij de bodem of maximaal ongeveer 30-40 m daarboven. Leeft in scholen. Paaitijd februari tot juni, met zwaartepunt in maart en april, meestal op een diepte van 100-150 m. Voorkomen/vangst: Noordelijke Atlantische Oceaan, van Portugal tot IJsland, Spitsbergen en Nova Zembla, Witte zee, Kattegat en Skagerrak, westelijke Oostzee. Ook bij Groenland.
Home » Artikelen » Productinformatie » Vis » Vis soorten » SCHELVIS (Melanogrammus aeglefinus).