De voorvader van de tamme eend is de wilde eend. Eenden zijn één grote familie; er bestaan zo’n 80 eendenrassen. De belangrijkste eendensoorten zijn de Aylesburyeend uit Engeland met smakelijk, mals vlees; de kleine Nanteseend die smakelijk, vet vlees heeft; de goed vlezige Roueneend met rood-getint vlees en de Barbarieeend uit Zuid-Oost Frankrijk, bekend om smakelijk, stevig en minder vet, rood vlees waarvan de borsten het hele jaar door te koop zijn.
Wilde eend
De wilde eend is in Nederland één van de meest voorkomende eenden. Het vlees is roodbruin gekleurd, smaakt kruidig en bevat minder vet dan zijn tamme soortgenoot. Op deze link ziet u het jachtseizoen van o.a. de eend.
Uiterlijk van de wilde eend is een middelgrote zwemeend waarvan de mannetjes goed herkenbaar zijn. Ze hebben een glanzend groene kop en witte halsring, bruine borst en grijze romp. Kenmerkend is ook de dubbel gekrulde staartveren. De vrouwtjes hebben een bruine schutkleur. In de ruitijd hebben mannetjes ook een bruin verenkleed (eclipskleed). Zowel mannetjes als vrouwtjes hebben een duidelijke blauwe spiegel.
Lengte: 50-60 cm, Vleugellengte 28 cm., Gewicht tussen 1 en 1,5 kg.